De dubbeldoelkoe: de duurzame allrounder

In Nederland zijn er koeien die puur voor hun melkproductie gehouden worden en koeien die juist voor het vlees gefokt worden. De dubbeldoelkoe combineert – zoals de naam al doet vermoeden – beide functies. Deze koe mag je met recht een duurzame allrounder noemen.

Bekende dubbeldoelkoe-rassen in Nederland zijn de Groninger blaarkop, Fleckvieh en Lakenvelder (foto). Zij worden in eerste instantie gehouden voor hun melk. Zodra de melkproductie gestopt is, worden deze koeien zo goed mogelijk aangesterkt zodat ze meer vlees op de botten krijgen en beter vlees opleveren. In haar leven produceert een koe zo’n honderdduizend liter melk en levert circa 400 kilo aan vlees op. Het overgrote deel (95%) van het Nederlands rundvlees komt van koeien uit de zuivelbranche.

Kleinere footprint

De melk- annex rundvleesproductie heeft impact op het milieu, zoals elke economische activiteit dat heeft. Die impact bestaat in de vorm van broeikasgassen, en wordt de carbon footprint of ecologische voetafdruk genoemd. Uit onderzoek blijkt dat het houden van dubbeldoelkoeien een kleinere footprint heeft dan rundvleesproductie op basis van vleesrunderen.

De periode waarin koeien na hun ‘melkloopbaan’ uitgroeien tot vleeskoe is bovendien relatief kort, wat ook de footprint beperkt. Daarnaast heeft dubbeldoelvlees een korte keten, wat deels de oplossing kan betekenen voor de voetafdruk van de veehouderij, op het gebied van transport en distributie.

Circulaire veeteelt

Raszuivere dubbeldoelkoeien zijn robuuste dieren met een lange levensduur. Ze leveren langer melk dan koeien die puur voor de melk worden gehouden en daardoor hogere volumes opleveren, zoals de Holstein-Friesian.

Grasland, dat niet geschikt is voor andere gewassen, is de basis van duurzame melk- en vleesproductie door dubbeldoelkoeien. Omdat dubbeldoelkoeien op basis van gras produceren in plaats van krachtvoer, passen deze dieren perfect in de kringlooplandbouw. Dubbeldoelkoeien zetten voer (gras), water en grond dat ze tijdens hun leven gebruiken om in melk, wat bijdraagt aan circulaire veeteelt. Grasland is bovendien een natuurlijke opslagplaats voor CO₂.

Minder import

Meer dubbeldoelkoeien in Nederland betekent bovendien meer in Nederland geboren kalveren. Daardoor zijn er voor Nederlandse kalfsvleesbedrijven minder importen uit het buitenland nodig. Dat heeft positieve gevolgen voor de footprint van een productie op basis van dubbeldoelkoeien.

Bron: Vlees.nl